In het Provinciaal Instituut voor Technisch Onderwijs in Stabroek, kortweg PITO, is op 11 november het Comeniusproject van start gegaan. Dat is een tweejarig Europees project dat via een enquête bij leerlingen het aantal schoolverlaters wil verlagen. De deelnemers verblijven een week in ons land en komen in januari opnieuw samen in Frankrijk. “Hier zijn nu mensen uit 6 landen, maar we hopen dat we alle landen in Europa kunnen motiveren om in ons project te stappen”, aldus Xavier Geerolf, coördinator van het PITO Stabroek.
Onder de titel “Repérer – Réparer-Raccrocher” is in Stabroek de aftrap gegeven voor het Comeniusproject. Dat project wil de volgende twee jaar bespreken hoe Europa het aantal ongekwalificeerde schoolverlaters kan verlagen tot minder dan tien procent tegen 2020. “Schoolverlaters zijn per definitie alle jongeren tussen 18 en 25 jaar die geen secundair diploma op zak hebben”, licht Xavier Geerolf, coördinator van het PITO Stabroek, toe.
Sponsor
Op de bijeenkomst zijn leerkrachten, psychologen, begeleiders en directeurs aanwezig uit zes verschillende landen: België, Frankrijk, Luxemburg, Griekenland, Finland en Roemenië. De deelnemers vertegenwoordigen alle soorten richtingen. Van ASO over TSO en BSO tot zelfs avondscholen. Iedereen wil de strijd aangaan met het vroegtijdig schoolverlaten. “Deze landen vonden elkaar op een internationale meeting. Maar we moesten wachten op groen licht van de Europese Unie en dat hebben we nu gekregen. Meer zelfs, Europa staat volledig achter ons idee. Dat bewijst ze door het hele project te financieren”, zo zegt Xavier.
De titel verraadt al dat het project in drie fasen verloopt. “Ten eerste is er de herkenningsfase”, legt Beatrix uit Luxemburg uit. “We proberen de leerlingen te benaderen via een persoonlijke online enquête. Die geeft ons meer informatie over de gevoelens van de leerlingen tegenover de school en de leerkrachten. In de tweede fase denken we na hoe we de relatie tussen de school en het kind kunnen verbeteren. De hoofdreden voor schoolverlaters is immers dat ze een verzuurde relatie hebben met de school en/of de leerkrachten. Tot slot gaan we aan die relatie proberen te werken. De laatste fase is dus de uitvoeringsfase.”
Broodnodig
“De groep is vijf dagen samen en verblijft op hotel in Antwerpen. België is de eerste halte van het Comeniusproject. In januari zijn we een hele week te gast in Frankrijk en later bezoeken we ook nog de andere deelnemende landen. PITO Stabroek zal daar aanwezig zijn met vijf of zes personen. Er zijn zes van de 28 lidstaten van de Europese Unie hier vertegenwoordigd, maar we hopen dat we op termijn alle Europese landen kunnen motiveren om in dit project te stappen”, gaat Xavier verder.
Het nut van dit project valt zeker niet te onderschatten. Schoolverlaters hebben een grote invloed op de jeugdwerkloosheid en dus op de economie. Door het probleem bij de wortels aan te pakken kan een groter probleem vermeden worden. Vooral Griekenland heeft veel schoolverlaters. Dat heeft alles te maken met de crisis. Vele jongeren hebben geen vertrouwen meer in het onderwijs en verlaten voortijdig de schoolbanken om daarna geen job te vinden. “België heeft een gemiddelde dat net boven de tien procent ligt. Vlaanderen zit onder de tien procent, maar Wallonië trekt dat gemiddelde weer omhoog”, vult Xavier aan. Vrijdag loopt de eerste bijeenkomst van het Comeniusproject af. Dan vertrekken de afgevaardigden weer naar huis, om in januari in Frankrijk opnieuw samen te komen. (sma)
