KALMTHOUT – De gladde slang is een typische soort van de drogere heide in het Grenspark Kalmthoutse Heide. Het reptiel heeft veel zon nodig om op te warmen, maar ook begroeiing om zich in te verschuilen bij gevaar. In het najaar trekken de jongen vaak weg op zoek naar geschikte locaties in het gebied. Daarvoor zoeken ze eerder de drogere gedeelten op. Ze houden namelijk niet zo van vochtige omstandigheden.
Door verschillende ‘slangenhopen’ in het terrein aan te leggen, zorgen we er in de lagere gedeelten voor dat de gladde slang zich daar tijdelijk op kan terugtrekken. De slangenhopen worden zo gelegd dat verschillende geschikte leefgebieden gemakkelijker door de diertjes te bereiken zijn. Zo zorgen de terreinbeheerders ervoor dat de verschillende populaties in het reservaat met elkaar verbonden blijven. Het Agentschap Natuur en Bos legt slangenhopen aan in de omgeving van de Biezenkuilen en het Kriekelarenven (Paalberg).
Om de hopen te maken gebruikt ANB bomen uit het terrein, die ze in stukken zagen en transporteren naar de geschikte locaties. Daar worden eerst de stammen gestapeld, met daarbovenop de takken. Daarover komt dan plagsel. Dat is de bovenste laag van de bodem die in de omgeving wordt afgeschraapt en de slangenhoop mooi afdekt. Binnenin zijn er dan voldoende holtes waarin de slangen zich kunnen terugtrekken. De geplagde zones zijn dan weer goed voor de slang omdat de opengemaakte grond gemakkelijker opwarmt door de zon, wat de gladde slang als koudbloedige nodig heeft om actief te blijven.
Meer info over de bescherming van de gladde slang vind je op https://www.natuurenbos.be/sbpgladdeslang.
