82 oudstrijders en krijgsgevangenen uit Meetjesland op bezoek

Gids Werner Bril loodste de groep door het vestingdorp

 
Op weg naar Willemstad en Lillo
Op de terugweg van een herdenking in Willemstad aan het Hollands Diep, kwamen 82 oud-strijders en gewezen krijgsgevangenen uit het Meetjesland donderdag 4 mei in Lillo op bezoek. Onder leiding van gids Werner Bril bezochten zij de vesting met haar grachten en wallen. Blijkt dat het fort Lillo (zoals Liefkenshoek) gebouwd onder prins Willem van Oranje, banden heeft met Willemstad, al was het maar door de naam.
De groep was uitgenodigd in ­Willemstad om deel te nemen aan een herdenking van Belgische krijgs­gevangenen die omkwamen bij een schipbreuk op 30 mei 1940. Dat gebeurde toen het schip de Rhenus 127 op een Duitse magnetische mijn liep. Het schip vervoerde 1.200 krijgsgevangenen van wie de meesten zich wisten te redden. Volgens de Duitse bezetter verdronken zo’n 167 opvarenden. Dat cijfer wordt betwist omdat een aantal geredden wist te vluchten.
“In ieder geval werden 134 slachtoffers begraven op het Belgisch erekerkhof bij de haven van Willemstad”. Zo vertelde Johan Vereecke uit Ertvelde, die voorzitter is van de Nationale Strijders Bond (NSB) Meetjesland. “Wij hadden zestien vlaggen mee van de afdelingen uit onze streek. Daarmee zijn we naar de begraafplaats gegaan voor een eerbetoon. Na een maaltijd in “Het Wapen van Willemstad”, besloten we op de terugtocht een bezoek te brengen  aan Lillo.”
Farnesebrug
In Lillo werden de 82 opgevangen door Werner Bril. Die loodste de groep door het vestingdorp dat eind 1500 werd gebouwd door de Antwerpse burgemeester Marnix van Sint Aldegonde en prins Willem van Oranje. Werner Bril vertelde de geschiedenis van Lillo: hoe de vesting na de Val van Antwerpen in 1585 in handen bleef van de Staatse troepen. Hoe de Spaanse belegeraar van Antwerpen (Farnese) in Lillo werd verslagen en tweeduizend doden achterliet die in de vestingwallen werden begraven, En hoe de door hem gebouwde schepenbrug bij Oosterweel vanuit Lillo met brandboten werd bestookt.
De bezoekers luisterden geboeid. Na een ontvangst in het Landshuis keerden ze huiswaarts. “Wij hebben ieder jaar een fort bezocht, maar dit is het kleinste en mooiste dat we al gezien hebben”, zei Johan Vereecke nog. (Staf De Lie)

DEEL DIT ARTIKEL

Facebook
Twitter
LinkedIn

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *